Het zou gisteren geschreven kunnen zijn: Het jongensuur van Andres Burnier uit 1969, zo vlot en actueel is de stijl. Hoofdpersoon is Simone, een joods meisje. Het boek is verdeeld in verschillende hoofdstukken. Apart is dat de hoofdstukken teruglopen in de tijd, het begint met Lichtstad, 1945, en eindigt met Waterstad, 1940. Simone moet onderduiken en is in elk hoofdstuk bij een andere familie ondergebracht. Zij heeft een heldere kijk op de wereld: als je een meisje bent moet je stomme dingen doen zoals stofzuigen en voor de kinderen zorgen. Als je een jongen bent kun je studeren en een interessante baan nemen. Dat wil Simone, dus ze wil ook een jongen zijn. Elke avond doet ze magische oefeningen om de transformatie naar vrouw tot staan te brengen.
Niet sentimentele roman over een meisje dat aan zichzelf is overgeleverd in oorlogstijd met vele autobiografische elementen.
Abonneren op:
Reacties posten (Atom)
Geen opmerkingen:
Een reactie posten