Heel bijzonder om over de Grote Markt naar de Philharmonie te lopen terwijl het carillion van de Bavo Meneer de President speelt. Het was genoeg om alle bezoekers van het Lennaert Nijgh Festival in de juiste stemming te brengen. En die sfeer bleef de hele dag hangen.
Boudewijn de Groot opende het festival met Voor de overlevenden. Wat mooi om dat lied nu eens uit zijn eigen mond te horen in plaats van op de plaat. En ontroerend hoe het grote orgel een rol kreeg in dat lied, met de juiste aandacht en belichting (Lennaert was een orgelfan weet ik sinds de film Vox Humana). Astrid Nijgh was voor mij een onverwachte ontdekking, wat een prachtige volle stem heeft ze en wat een ferme uitstraling. Recht door zee! Josee Koning gaf Verdronken vlinder een eigen bossanovatouch mee, wat heeft zij trouwens ook een fijne stem. De twee zongen samen een duet, erg mooi.
We weten nu ook allemaal wie Jaap Stork is, de pianist/organist die diverse keren begeleidde en wiens naam het vaakst genoemd werd.
Erik van Muiswinkel zong Eva en deed dat weer op een heel andere manier dan Spinvis 's avonds zou doen. Mylou Frencken besloot de middag met Malle Babbe en Jan Klaassen, twee meedeiners waar ik allebei niet zo kapot van ben, maar die wel een mooie afsluiting vormden voor deze middag.
Daarna dromde men naar de Kleine Zaal waar een film (Avro's Close-up) over Lennaert draaide, een mooi document ter aanvulling van deze dag.
De Gulle Tafel bood Indisch eten aan en hier bleek dat het Lennaert Nijgh Festival helemaal geen Haarlemse aangelegenheid is, mijn tafelgenoten kwamen uit Zoetermeer, Naarden en Voorburg, dus we kunnen wel spreken van landelijke faam.
Bij de avondvoorstelling waren de verwachtingen hoger gespannen en minder waargemaakt leek het. Frederique Spigt vergat stukken tekst en Frank Lammers in duet met Ellen ten Damme vergat zelfs hele coupletten en wist zich daar ook niet uit te redden, tamelijk genant. De Pastorale kan sowieso eigenlijk alleen maar gezongen worden door Ramses en Liesbeth, daar moet je vooral van afblijven.
De hele avond speelden de muzikanten nogal hard waardoor de zang minder goed te verstaan was. Jammer, want het ging toch vooral om de teksten. Toen Fred Piek opkwam bespeurde ik enige opwinding bij mijn buurvrouwen, twee dames in de seniorleeftijd. Later leerde internet mij dat deze bescheiden grijze man ooit een jongeman met olijke lach en zwarte baard was, bekend van de groepen Fungus en Amazing Stroopwafels, aha! Deze avond zong hij het mooie De kooi beschermt de vogel. Verder traden weer Astrid en Josee op, en, bij afwezigheid van Boudewijn denk ik, zijn zoons Marcel en Jim de Groot. Spinvis zong Eva (mooi!) terwijl Saartje van Camp hem begeleidde op cello en de jongste generatie werd vertegenwoordigd door Yorick van Norden en Diede Claessen, schattig en enthousiast zongen ze Meester Prikkebeen.
Tot slot, na een soort finale met Het land van Maas en Waal liet Ellen ten Damme in een toegift horen dat ze echt goed kan zingen, maar de kippevelmomentejes waren toch echt gereserveerd voor de middag.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten